Afgelopen zondag zouden Ruud en ik gaan wandelen langs de rand van de Caldeira de Taburiente. Het is begin mei, dus het slangenkruid staat in bloei. De grote paarse rechtopstaande bloemen zijn erg mooi om te zien. Een mooi plan. En ook veel zin om eindelijk weer eens een wat zwaardere wandeling te maken.
.
Maar helaas. Of eigenlijk ook weer niet. Ruud kreeg op zaterdagavond een oproep om op de zondag een gidswandeling te doen. Geen slangenkruid daarom, voor mij. Maar onkruid wieden in de bloementuin van het Boeddhahuis, wat hard nodig was. En aan het einde van deze middag een wandeling vanuit het Boeddhahuis naar beneden, rondstruinen op de weggetjes tussen het dorp en onze finca, en daar aangekomen tussen de finca en de Matos. Zonder Ruud. En ook een keer zonder honden. Een surrogaat-wandeling. Maar bepaald geen straf.
Het eerste stuk van het wandeltochtje ging over onze ‘reguliere’ honden uitlaatroute. Een smal weggetje langs de barranco, met uitzicht over de oceaan.
Aangekomen aan het einde van de hondenroute, liep ik nog een stukje verder naar beneden. Daar ligt een grote avocado-plantage, die vorig jaar zomer nieuw is aangelegd en in het najaar is ingeplant. Ik was benieuwd hoe snel de geplante avocadobomen groeien. Voor ons van belang omdat wij komend najaar op ons onderste terras aan de zuidkant ook een stuk of twintig jonge avocadobomen willen planten. Volgens mensen die het weten kunnen duurt het drie jaar, voordat jonge bomen vruchten gaan dragen. Maar hoe jong is ‘jong’?
Het wandeltochtje ging verder over het zandpad onder het landstuk met de aangeplante avocadobomen. Dit pad voert naar de Barranco de las Ánimas, ‘onze’ barranco.
Vlakbij de ingang van deze barranco hebben we nieuwe buren gekregen. Twee duitsers die een grot hebben ingericht als campeerplek. Inmiddels hebben zowel Ruud als ik kennis gemaakt. Ze vertelden tot september te willen blijven. Ze zijn into meditatie. En ze hebben ons bankje niet naar hun grot gebracht… We hebben afgesproken dat ze voor eigen gebruik vruchten van onze finca kunnen plukken. Dat deden ze toch al, maar dat is voor ons geen probleem. In ruil daarvoor houden ze voor ons een oogje in het zeil, als we niet op de finca zijn.
Na de ‘oversteek’ door de barranco liep ik twintig meter naar omhoog over de Camino de Pinto om bij de finca uit te komen. Hieronder zie je de drie ingangen vanaf de weg naar onze terrassen. We willen diep in ons hart nog steeds geen hekken hier plaatsen. Althans, niet van die hoge. We hebben nog wel even om er over na te denken en iets te verzinnen.
Op de finca hing ik een tijd lang rond, een beetje rondlopen en een beetje zitten in het gras. Het was er stil. De zon scheen. De wind ruiste door de naalden van de dennenbomen. Het is een mooie plek. En passant nog even facetimen met moeder in Nederland. Steunend op de de stam van een avocadoboom.
Daarna ging het zondagmiddagwandelingetje verder door de achter ingang van ons terrein, in de richting van de Matos. Je loopt er door een landschap van zandweggetjes met een prachtig vrij uitzicht over de oceaan.
Via een slome klim over het asfalt van de Camino de Matos kwam ik aan op de Pista del Canal, een horizontale weg die evenwijdig loopt aan een van de hoofd buizen voor bananenwater op het eiland.
De pista bracht me terug naar de Camino de Pinto. En naar de finca.
Het was inmiddels rond half acht in de avond. Time flies when you’re having fun. Op de oceaan glinsterde de zon in het water. Op mooie dagen prachtig om te zien, en voor mij op de een of andere manier heel zomers en heel rustgevend. Wel een beetje moeizaam voor de cameralens, met zoveel tegenlicht.
Juist toen ik me begon op te maken voor de klim van honderdvijftig meter, terug naar het dorp, altijd weer vervelend als het warm is, belde Ruud dat hij mij zou komen ophalen met de auto. Just in Time Management heet dat. Een mooie afsluiting van een mooie surrogaatwandelmiddag-in-slow-motion. Hopelijk hebben we binnenkort toch nog tijd voor een paar echt lange wandelingen in de bergen of in het Noorden. Daar wordt het hoog tijd voor.
Ruud had tijdens zijn ‘werk’ voor het eerst de gekleurde waterval gezien, in de Caldeira de Taburiente. Die foto wil ik jullie niet onthouden.
Binnenkort doen we ‘generale repetitie’ in de Caldeira, en krijg ik een guided privé-tour met een Ruud als gids. Dan ga ik de waterval ook zien. Voorheen liepen we er altijd aan voorbij.