Het was op de laatste dag van onze eerste vakantie op La Palma, september 2007, dat we de Pico de la Nieve beklommen. We namen NIET de gemakkelijke route (startpunt LP4 vlak onder de kraterrand, via de Pico de la Cruz – zie blogpost 7 november 2017), maar begonnen echt aan de voet van de berg (min of meer), startpunt meer oostwaarts op dezelfde LP4, maar dan veel lager.
Beneden, op het niveau van de dorpen, was het een nevelige sombere dag. Tijdens deze wandeling maakten we voor het eerst mee hoe mooi het op zo’n dag kan zijn om ‘door de wolken heen’ te wandelen. De nevels worden, terwijl je loopt, steeds lichter en opeens is daar de blauwe lucht en de zon en het uitzicht.
Tijdens het steile eerste stuk van de wandeling klim je door een bos van canarische den. Er is niet veel te zien, behalve canarische den. De klim is best steil. Even afzien dus en doorzetten. Er is een langere, alternatieve route door het bos die voert over een brandgang die je al bochten draaiend naar het zelfde punt brengt. Voor als je niet van steil klimmen houdt. Of op de terugweg niet van steil dalen. Je moet wel de onvermijdelijke wandelapp op je mobiel meenemen als je voor deze route kiest, want er is geen bewegwijzering.
Aan het eind van de klim loop je door een landschap van lage struiken en kale rots naar de top van Pico de la Nieve. Vlak onder de top stuit je op de hoofdwandelroute GR131. Die volg je vanaf nu. Je gaat hier linksaf en je houdt de richting van ‘Refugio El Pilar’ aan. Je loopt dus NIET in de richting van de Roque de los Muchachos.
Vrij snel na deze afslag, kom je aan op de top van de ‘sneeuwpiek’. Wij hadden de mazzel dat juist onder de top de nevelsluiers definitief braken. We kwamen terecht in een prachtige wolkenwereld onder een strak blauwe hemel.
Het mooiste aan de Pico de la Nieve vind ik de kraaien. Vanaf de top kan je vaak hele zwermen langs zien scheren. Dansend in de lucht van boven naar beneden, de kom van de Caldeira de Taburiente in. En weer naar boven. En weer naar beneden. Ik kan er heel lang naar kijken, als ik hier ben.
Voorbij de top ga je verder naar het zuiden. Afwisselend daal je een beetje af en klim je weer. Je kunt doorlopen tot aan de refugio bij de Punta de los Roques, waar ik eergisteren over schreef. Wij wisten dit nog niet in 2007. Bovendien werd het tijdens onze wandeling steeds neveliger naarmate we verder afdaalden en wandelden we uiteindelijk in dikke mist. Bij de rots op de vierde foto keerden we daarom weer om. Die rots is wel bijzonder. Heel glad. Heel groot. Heel steil. Heel uitnodigend. Je MOET er gewoon op klimmen, als je er voor staat. Dat is ook het probleem niet, en het uitzicht op de top van de rots is heel mooi. Maar je moet er ook weer vanaf. Schuifelen op het zitvlak, er zit niets anders op..
Vlak voordat je deze rots bereikt, kan je via een zijweggetje naar een plek lopen waar de Benahora, de pre-Spaanse bewoners van het eiland, hyrogliefen in de rots hebben gekrast. Deze zijweg wordt goed aangegeven. Ik ben er nu twee keer geweest en vond deze plek eerlijk gezegd niet heel erg indrukwekkend. Je kunt beter je energie sparen om de refugio bij Punta de los Roques te kunnen bereiken. Daarna moet je namelijk ook het hele eind weer terug..
Al met al was de klim naar Pico de la Nieve een hele mooie wandeling. Maar dit was voor een belangrijk deel ook te danken aan het breken van de wolken, juist op het goede moment. Zoiets is niet te plannen. Bij helder warm weer veeeel water meenemen, want onderweg is er niets te tappen.