In het voorjaar startte ik vol jeugdige overmoed en enthousiasme een aantal projecten met als doel stekjes te maken van struiken om straks het enorme terrein van onze finca mee te vullen. Ik deed maar wat, zonder na te denken over wat ik nou precies aan het doen was. De experimenten mislukten hopeloos.
Maar het bloed kruipt waar het niet gaan kan, en de aanhouder wint. Nu het wat koeler is buiten en het steeds duidelijker wordt hoeveel ‘hellingen’ onze boomgaard heeft die moeten worden opgevuld met mooie struiken, ben ik weer aan de slag gegaan. Dit keer heb ik me wat beter voorbereid. Zo vond ik bijvoorbeeld deze site over het vermeerderen van bougainville. Bougainvillestruiken (en dan vooral de paarse variant) zouden wat ons betreft prima in ‘ons landschap’ passen. Ze bloeien negen maanden per jaar, kleuren goed bij het oranje van de sinaasappels en het groen van de avocado’s, kunnen prima tegen de warmte en hebben weinig water nodig. Ideale struiken voor op de hellingen van onze finca dus.
Zo zagen de stekken er uit die ik bijna drie weken geleden van de struik bij het toegangshek van het Boeddhahuis knipte. Ik maakte dertien stekjes, want had maar dertien lege plastic drinkwaterflessen tot mijn beschikking. De onderkant van de stekken doopte in ik een mengsel van spuug en kaneel, om schimmelvorming te voorkomen. De stekken plantte ik in een mengsel van potgrond en rode aarde uit onze achtertuin.
De kweekhoek ziet er zó uit. De afgeknipte flessen dienen als een soort van kas, zodat de stekken niet verdrogen.
Na twee-en-halve week al, zijn vijf van de dertien stokjes kennelijk aangeslagen. Want er worden blaadjes aangemaakt. Veel sneller dan volgens mijn internetbron gebruikelijk is. Helemaal begrijpen en vertrouwen doe ik het daarom nog niet.. Zou het kunnen zijn dat die blaadjes ook kunnen gaan groeien, zónder dat er eerst wortels zijn aangemaakt. Nee toch? Ik heb geen idee, om eerlijk te zijn. Ik kan overigens wél tellen. ‘Successtekje vijf’ staat niet op de foto, want groeit op in een andere kamer op een andere vensterbank.
Vijf op dertien zou ik een mooi slagingspercentage vinden. Vanochtend keek ik nog maar een keer onder de flessen op de vensterbanken en zag ik iets vaags groens verschijnen op nog eens drie van de kale stokjes.
Zó moeten ze ongeveer worden, uiteindelijk. Vanochtend liep ik langs de hellingen van de finca en telde ik uit dat we voor minstens tien van deze struiken plek zouden hebben op de onderste hellingen. Dan is er nog ruimte genoeg voor de cactussen en aloe die we verder in gedachten hebben voor op de taluds. Het is leuk dat het erop lijkt dat het gestek nu wél gaat lukken. Maar ik houd nog een slag om de arm. Geen enkele ervaring en geen enkel idee. In Nederland was ik een intratuin-tuinier. Gewoon maar afwachten dus hoe het verder gaat en zonder al teveel nadenken de wiki-instructies blijven volgen. En langzaam leren hoe het moet.
Straks hebben jullie bougainville met jullie DNA erin 🙂
Hmmmm. Zo had ik het nog niet bekeken..